Omschrijving
Lichaamslengte tot 8 cm, meestal 4,5-6,5 cm. De vrouwtjes zijn het grootst. Vrij spitse snuit. Ogen staan dicht bij elkaar. Rug meestal grasgroen, vaak bruin of donkerbruin gevlekt. Soms ook helemaal bruin, de zijkant van de
kop is dan meestal wel groen. Op de flanken zijn de vlekken vaak samengesmolten tot een soort lengteband. Meestal een lichtgroene lengtestreep midden op de rug. Liesstreek vaak opvallend geel tot oranje. Achterkant van de
dijen geel of oranjeachtig, met donkerbruine vlekken. Buik wit, soms met grijze vlekken. Op de grens van flanken en rug klierlijsten, die net voor de achterpoten verspringen. Grote, harde, scherpgerande, halvemaanvormige
metatarsusknobbel, tot half zo lang als de teen waarop hij staat. Goed ontwikkelde zwemvliezen aan de relatief korte achterpoten. Mannetjes in de paartijd uniform gelig met goudgele iris, grijze paringskussens op de duimen
en twee witte kwaakblazen die aan weerszijden achter de mondhoeken liggen. Mannetjes hebben dikkere voorpoten dan vrouwtjes en de vlekken op hun lichaam zijn lichter gekleurd.
Biotoop:
Voorkeur voor permanente, voedselarme, licht zure, zonbeschenen, waters op zandgrond in open landschappen, zoals heidevennen en wateren in hoogveen. De oevers moeten goed begroeid zijn. Ook in grotere bospoelen en waters op
rivierklei. In het zuiden van zijn verspreidingsgebied ook in grotere, voedselrijke waters. In de Alpen tot 1500 meter hoogte.
Trefkans:
Grootste kans in voortplantingstijd (mei-juli). De dieren verzamelen zich dan en vormen grote kwaakkoren.
Bron: soortenbank.nl
☰ foto's
Poelkikker
Wilt u een afdruk van een van mijn foto's of deze op een andere manier gebruiken, neem dan contact met mij op!